Dag 19 en 20: van Maron naar Pont a Mousson en door naar Thionville

13 augustus 2019 - Pont-à-Mousson, Frankrijk

Gisterenochtend wilde ik brood halen bij de plaatselijke bakker maar die was met vakantie. Dus toen toch maar naar de Lidl 5 kilometer verderop. Lekker stukkie fietsen in een heuvelachtig landschap. Ook gelijk nog wat broodbeleg meegenomen want dat was alweer op. Op de terugweg haalde ik een mountainbiker in en toen ik later achterom keek fietste hij vlak achter me. Lekker uit de wind! We hebben lekker samen een stukkie gefietst en een praatje gemaakt, zo goed en zo kwaad als dat ging. 

Bij de boot aangekomen was het fiets erop en gaan. Ontbijten hebben we onder het varen gedaan. 

We hebben via Toul om Nancy heen gevaren en liggen s avonds in de haven van Pont a Mousson. S middags weer een enorme regenbui gehad, natuurlijk net als we in een sluis liggen en ik buiten sta om het touw vast te houden. Later wordt het weer droog en gaat de zon weer schijnen. In de haven leggen we de boot zo neer dat we nog de hele avond in het zonnetje kunnen zitten.

Vanmorgen zat de bakker naast de haven dus lekker dichtbij. Bert was ondertussen met de buurman-schipper de bilgepomp aan het nakijken want die was van de week ermee opgehouden. Ze hebben de spanning gemeten en kwamen tot de ontdekking dat er onderin het ruim ook nog een zekering zat voor dat pompje. Deze zekering was eruit en wij hadden die niet meer aan boord. Dus op zoek naar een autogarage want het zijn gewoon autozekeringen. Google Maps zei dat er op 800 meter afstand een zat dus we zijn daar samen naar toe gelopen. Dit was echter een autoruiten reparatiebedrijf en die hadden geen zekeringen. Er zat ook nog een Peugeot garage in het dorp dus daar maar naar toe gelopen. Lang verhaal kort, na een half uurtje lopen hadden we 5 zekeringen en konden we terug naar de boot. Bert de zekering erin en de pomp aangezet en doordat de zekering er gelijk weer uit sprong kwamen we erachter dat ook dit pompje echt kapot is. Op zich geen ramp maar we gaan wel op zoek naar een nieuwe. De buren wisten ook niet zo gauw een zaak waar die pompjes te krijgen zijn dus we zien wel.

We zijn eerst maar een stuk gaan varen, het was uiteindelijk al half 11. We gingen richting Metz en hoopten Thionville te halen. Dit is een beetje afhankelijk of we de sluizen mee of tegen hebben. Onderweg kwam ik tot de ontdekking dat volgens ons boek er in Metz bij de passantenhaven een reparateur zit. We vaarden steeds achter een vrachtschip aan en hebben deze na de eerste sluis ingehaald. Maar bij de volgende sluis moesten we een uur wachten, hoorden we via de marifoon omdat vrachtschepen voorrang hebben. Dus bedachten we om mij bij de sluis van Ars sur Mossele, waar we dus een uur wachttijd hadden, van de boot te zetten met mijn fiets zodat ik naar die haven kon fietsen om te kijken of ze een pompje hadden. Het was ongeveer 20 minuten fietsen dus dat zou precies moeten passen in een uur. 

Zo gezegd, zo gedaan. Ik naar die haven. Mooie fietstocht maar kom ik daar, is het havenkantoor dicht, lunchtijd! Ik ben even die haven doorgefietst maar het was er uitgestorven. De enige man die ik zag en vroeg of hij Engels sprak, maakte mij duidelijk dat hij helemaal niet kon praten, had ik weer! Het duurde nog een kwartier voor de lunchtijd voorbij zou zijn dus maar even wachten. Ondertussen hoor ik van Bert dat hij al in de sluis zit, achter de grote boot. We spreken dus maar af dat ik naar de volgende sluis fiets, in Metz.

Eindelijk kwam de dame van de haven eraan en zij vertelde mij dat er bij de sluis van Metz een botenonderdelenwinkel is. Daar moest ik toch naartoe dus dat kwam goed uit. De fietstocht ging verder over een heel mooi fietspad langs de rivier dus dat was wel mooi. In Metz aangekomen had ik vrij gauw de winkel gevonden en hier hadden ze een pompje wat ik zocht. Dus deze gekocht en op naar de sluis. Daar zag ik onze buren van die ochtend liggen, die zouden daar overnachten. En terwijl wij stonden te praten kwam Bert er al aanvaren. Dus zij hebben even geholpen om mij en de fiets weer aan boord te krijgen door de boot vast te houden en toen konden wij verder, de sluis in. Hier waren een grote en kleine sluis naast elkaar dus wij konden mooi in de kleine en waren eerder klaar dan de grote zodat we voor het grote schip weer verder konden. 

Bij de volgende sluis zaten we echter weer achter een andere grote en hier moesten we achter blijven omdat de Moezel hier gekanaliseerd is  en je hier niet mag inhalen. Dus heb ik een poosje gestuurd zodat Bert ondertussen kon proberen om het pompje te installeren. En dat is gelukt, het water onderin het ruim is weer weg!

Rond half 7 kwamen we in Thionville en zagen een mooie aanlegplaats. We besloten hier te overnachten. Morgen weer verder.

Foto’s